Werkwijze

Waar staat Orka voor?
Orka staat voor lessen waarin fysieke oefeningen worden ingezet om interactie te observeren. Tijdens elke oefening geven de trainer en leerkracht feedback aan de kinderen over de keuzes die de kinderen maken.

Preventief
De nadruk bij preventieve trajecten wordt gelegd bij lessen in de klas en/ of speelzaal.
De leerkracht en trainer kiezen oefeningen die inspelen op groepsvorming, samenwerken, overleggen, verschillende keuzes maken bij uitdagingen.

Bij elke les wordt vanuit een doel gewerkt. Vervolgens worden fysieke oefeningen ingezet om de interactie te observeren. Tijdens en na de oefeningen coachen de trainer en leerkracht de kinderen over de keuzes die gemaakt worden.

Thema’s:

  • Leiden en volgen: wie neemt de leiding in de klas? Elk kind oefent met een leidende en volgende rol.
  • Overlegtijd: hoe werkt de groep samen als er één tactiek gekozen moet worden om een doel te halen?
  • Samenwerken: is iedereen betrokken bij de opdracht? Hoe reageren kinderen als de samenwerking niet goed verloopt?
  • Reageren op uitdagen: opkomen voor jezelf, de slimme plek, negeren en de relaxte manier.
  • Initiatief nemen: hoe neem ik initiatief om actief deel te nemen aan elke oefening?
  • Rollen in de klas: welke rollen zijn zichtbaar tijdens een groepsoefening? Zijn er voldoende positieve leidersrollen? Welke positieve rollen kunnen versterkt worden in de klas?

Curatief
De nadruk bij curatieve trajecten wordt gelegd bij coaching van de leerkracht.
In het intakegesprek stelt de leerkracht een leervraag op. Vervolgens wordt een keuze gemaakt hoe de werkwijze ‘’gewenst gedrag in de klas’’ wordt ingezet door de leerkracht. Dit gebeurt middels coaching bij observaties en lessen met de klas. Bij deze vorm van begeleiding staat gedragsinstructie en verwachtingen uitspreken centraal.

Het doel van curatieve trajecten is dat de leerkracht een werkwijze heeft om kinderen de juiste keuze te laten maken.

Thema’s:

  • Reageren: de kinderen reageren veel op elkaar.
  • Meelopen: een aantal kinderen doen mee met negatief gedrag en maken nog niet de juiste keuze.
  • Belonen: hoe kun je de kinderen die het wel goed doen belonen?
  • Consequenties: kinderen die niet de juiste keuze maken kunnen kiezen om zich te gedrag of een negatieve consequentie te ervaren.